De appels van Villa Augustus (4): Transparente de Croncels
28 augustus 2018Transparente de Croncels is een buitengewoon mooie, gladde en gave appel. Middel- tot zeer groot, met een karakteristieke vorm: iets breder dan hoog en vaak wat scheef. De bleke kleur is groenachtig geel met aan de zonzijde een beetje rood of roze, met strepen of vlekken en gekke stippels. Tegen het rijpen wordt deze vrucht prachtig goudgeel met een groengele kant aan de schaduwzijde.
De schil is heel teer. Het vruchtvlees is zacht, geelachtig wit, sappig, zoetzuur van smaak en heeft een fijn aroma. Het brede klokhuis is goed met zaden gevuld. In zijn jeugdjaren groeit deze boom sterk en stijl. Hij kan dan ook behoorlijk groot worden. De kruin is bolvormig en dicht. De bloei is vroeg en langdurig en de bloesem levert goed stuifmeel. Strenge winters zijn voor dit appelras geen probleem. Eind augustus tot midden september is de Transparente de Croncels plukrijp – een echte zomerappel. Pluk hem niet te rijp, want dan is hij melig. Het is een lekkere handappel, maar ook heerlijk om in de keuken te gebruiken.
Tuindersfamilie
De Transparente de Croncels werd in 1869 gewonnen door de gebroeders Charles (1830-1908) en Ernest (1835-1922) Baltet. Zij waren de tiende generatie uit een familie van tuinmannen en boomkwekers in het Franse Croncels, vlakbij Troyes, van wie Nicolas Baltet in 1653 de eerste was geweest. In 1855 nemen de broers Baltet het bedrijf over van hun vader, Lyé-Savinien Baltet, en gaan verder onder de naam Frères Baltet.
Transparente de Croncels wordt in 1869 in de handel gebracht en is het enige door hen gekweekte appelras. Wel winnen de broers héél veel perenrassen, zestien maar liefst, waaronder de Beurré Baltet Père en Fondante de Croncels, zaailing uit een mix van Clapp’s Liebling en Virginia Baltet. En veel pruimen en perziken. De appel Transparente de Croncels en de peer Docteur Jules Guyot zijn de meest bekende vondsten van Ernest Baltet. Naast het fruit zijn de broers Baltet ook beroemd om hun variëteiten van rozen, seringen en dahlia’s.
Kweker overdag, 's avonds aan de schrijftafel
Het is vooral Charles Baltet die veel voor de fruitteelt heeft betekend. In 1850 schrijft hij - slechts 20 jaar oud - een rapport aan de minister van Landbouw over het nut van tuinbouwverenigingen. Hij voegt de daad bij het woord en richt in datzelfde jaar de Société d’Horticulture de l’Aube (Tuinbouwvereniging van Aube) op. In 1856 sticht hij de Franse Pomologische Vereniging, waarvan hij vijftig jaar voorzitter zou zijn. Charles Baltets werklust was enorm en hij was werkelijk onvermoeibaar.
Overdag werkte hij in de boomkwekerij en ’s nachts schreef hij zijn rapporten en bestudeerde die van zijn collega’s, die zich onder zijn leiding hadden verenigd in de tuinbouwvereniging. Hij schreef immens veel artikelen en boeken over allerlei onderwerpen rondom de fruitteelt. Een van zijn belangrijkste boeken is Les Bonnes Poires, leur Description Abrégée et la Manière de les Cultiver (1860), een verhandeling over het kweken, planten en snoeien van peren, de professionele fruithandel en de fruitteelt door de burgerij. Ook beschreef hij de honderd beste perenrassen.
Luizenbestrijder
Toen in 1866 vijftig procent van de Franse wijngaarden werd aangetast door de phylloxera (druifluis) en hierdoor twee derde van de productie verloren ging, zorgde dit ook op maatschappelijk gebied voor veel problemen. Charles Baltet wijdde zich volledig aan de gezamenlijke strijd tegen de luizenplaag en werd zelfs voorzitter van de openbare Commissie ter Bestrijding.
Als groot voorstander van het enten van fruitbomen (hij had er in 1865 zelfs een boek over geschreven: L’Art de Greffer) maakte hij zich er hard voor de wijnboeren ervan te overtuigen de ent-methode ook binnen de druiventeelt toe te passen. Ze zouden daarvoor al hun bedenkingen los moeten laten, zich verdiepen in andere teeltmethoden en hun teeltgewoonten per ras moeten aanpassen. Hij moest ze zo ver zien te krijgen hun wijnstokken eruit te trekken en te enten op plaagresistente onderstammen.
Geen gemakkelijke missie, maar het lukte Charles Baltet, en hij heeft daarmee een belangrijke rol gespeeld in de wederopbouw van de Franse wijngaarden. In 1872 leidde een door hem geschreven artikel over de noodzaak van praktisch tuinbouwonderwijs ertoe dat er in Versailles, in de door Jean-Baptiste de La Quintinye aangelegde Potager du Roi (Moestuin van de Koning), een Hogeschool voor Tuinbouw werd opgericht.
Daarnaast is hij verantwoordelijk voor de oprichting van vele tuinbouwverenigingen door heel Frankrijk, waaronder het gerenommeerde Landbouwkundig Instituut in Parijs (SNHF). Ondertussen ging het succes van de kwekerij onder leiding van zijn broer Ernest gewoon door en werden er meer dan honderd variëteiten van nieuwe vruchten gewonnen: perziken, peren, nectarines, appels...
En toen…
In 1877 opende Japan zich voor het Westen. In Iwaimura (nu Katsunuma), met zijn uitstekend gedraineerde gravelgrond en een klimaat met koele ochtenden en avonden, ontstond het plan om druiven te gaan telen en wijn te produceren. Lokale ondernemers en centrale figuren uit het stadsbestuur brachten veel geld bijeen.
De eerste stap was het opleiden van bekwame druiventelers die op hun beurt weer anderen konden onderrichten in de wijnbouwmethoden en -technieken. Twee jonge, talentvolle vertegenwoordigers van het ministerie van landbouw, Masanari Takano (1852-1923) en Sukejiro Tsuchiya (1858-1940), kregen de kans om naar Frankrijk te reizen en daar een opleiding te volgen. En het tweetal kwam terecht bij, jawel, Frères Baltet.
Geen woord Frans
In Troyes leerden ze bij de succesvolle broers in theorie en praktijk alles over de druiventeelt. Over ent- en snoeitechnieken, over gistingstechnieken en apparatuur, en natuurlijk over de verschillende druivensoorten en rassen. Dat ze helemaal niets wisten over het maken van wijn en ook nog eens geen woord Frans spraken, weerhield Takano en Tsuchiya er niet van zich vol op hun onderzoek te storten.
Om te zorgen dat ze alles wat ze leerden goed zouden kunnen overbrengen, maakten ze uitgebreide schetsen en hielpen ze bij de druivenoogst en het maken van wijn. Al even onvermoeibaar als Charles Baltet werkten ook zij vaak door zonder rust of slaap. Alles met als doel het wijnbereidingsproces zo goed mogelijk in de vingers te krijgen.
Wijnstokken mee naar Japan
Bij hun terugkeer naar Japan, twee jaar later, namen ze wijnstokken mee die ze plantten in Katsunuma, zo’n 80 kilometer ten westen van Tokyo. Ze stichtten er een wijnbouwbedrijf met de naam Dainihon Yamanashi Boudo Kaisha. Takano en Tsuchiya beschouwden het snoeien van wijnstokken als een zeer nobele taak, en droegen daarbij een bolhoed, een overjas en witte handschoenen – van dat beeld ga je toch janken van geluk?! Hun bedrijf groeide snel, maar het was lastig de kwaliteit van de wijn constant te houden.
In 1886 ging het wijnbouwbedrijf ten onder aan een uitbraak van phylloxera, die was meegekomen met de geïmporteerde wijnstokken. Daarna gingen Takano en Tsuchiya ieder hun eigen weg in de wijnbouw. Later, toen Takano zijn einde voelde naderen, besloot hij de belangrijkste gebeurtenissen uit zijn leven op te schrijven en deze geschiedenis aan Moeder Aarde toe te vertrouwen, zodat op en dag misschien...
Ondertussen had Charles Baltet in Europa ook niet stilgezeten. Hij was betrokken bij de oprichting van 125 tuinbouwverenigingen, waarvan 34 in het buitenland. Hij ontving talloze prijzen voor zijn werk, en zijn boeken en artikelen over de tuinbouw zijn zo goed en helder geschreven, dat ze nu na al die jaren nog steeds worden bestudeerd. In 1908 komt Charles Baltet te overlijden. Hij liet vier kinderen na. Zijn vrouw met wie hij in 1855 was getrouwd, was toen al gestorven na een tragisch ongeluk. Ze was verdronken in een kreek. Charles werd door de stad Troyes en vele vertegenwoordigers van de Franse tuinbouwwereld plechtig begraven. En toen…
Een schat begraven in de tuin
In 1975 vindt een Japanse tuinman bij het frezen een goed afgesloten en zorgvuldig begraven stenen kist in de tuin van de kleinzoon van Masanari Takano. In de kist ligt een pak met door de tijd vergeelde bladzijden, volgeschreven in oud-Japans: de documenten waarin Takano een halve eeuw eerder nauwkeurig de geschiedenis van de Japanse wijngaard had beschreven. Drie jaar later, op 12 augustus 1977 wordt er in Troyes een herdenkingsbijeenkomst georganiseerd. Onder de Japanse delegatie bevindt zich ook de kleinzoon van Masanari Takano.
Er wordt een vriendschapsboom geplant achter de kerk van Saint-Bruno. En in september 1983 volgt er een ontmoeting tussen een nieuwe Japanse delegatie en de drie kleinzoons van Charles Baltet. Het wijnbouwbedrijf van Masanari Takano is in al die jaren uitgegroeid tot een bloeiend landgoed van 4000 hectare waar een grote hoeveelheid wijn wordt geproduceerd. Het draagt de naam Balta, als eerbetoon aan Charles Baltet.
De wijn die er geproduceerd wordt heet Cru de Troyes. In 2015 brengen Japanse studenten uit Koshu een bezoek aan Croncels en het huis van Charles Baltet, met daarin de oude documenten waarin bevestigd wordt dat de ontwikkeling van de wijnbouw in Koshu mede te danken is aan Charles Baltet.
PS 1 Het bedrijf in Croncels bij Troyes bestaat nog steeds! Inmiddels is het in handen van de dertiende generatie, geleid door Éric Dumont-Baltet, een achterkleinzoon van Charles Baltet, en draagt de naam Les Arbres Eric Dumont.
PS 2 In de Japanse stad Katsunuma, vlakbij de berg Fuji, is een museum gewijd aan Charles Baltet.
PS 3 Meer lezen over het Japanse wijnavontuur en hoe het verder ging met Sukejiro Tsuchiya? Kijk dan op de website van KIRIN Holdings Company (www.kirinholdings.co.jp/ english/company). Je vindt er zelfs een foto van Masanari Takano en Sukejiro Tsuchiya in overjas, met bolhoed en witte handschoenen! Nadat het wijnbouwbedrijf verloren was gegaan, begon Sukejiro in 1886 opnieuw, nu samen met zijn broer en Kotaro Miyazaki. Het was het begin van Kaisan Winery...
Dorine de Vos schreef een ode aan de boomgaard van Villa Augustus. Je leest haar verhaal hier
-
Een zomerappeltje, niet te rijp plukken
-
Charles Baltet
-
Charles Baltet temidden van zijn tuinmannen
-
Ernest Baltet
-
Het familiehuis van de Baltets
-
Masarani en Sukejiro
-
Croncels in de vorige eeuw
-
Nectarines van Les Frères Baltet